Geplubiceerd op: 29 maart 2021

Op 21 januari 2021 is Prof dr. Wim van Palenstein Helderman op de leeftijd van 77 jaar overleden. Wim was een groot pleitbezorger van de preventieve tandheelkunde zowel in binnen- als buitenland.

Hij steunde het Ivoren Kruis bij de invoering van Gewoon Gaaf. Het was zijn vaste overtuiging: “Aandacht voor de eigen gebitsverzorging is essentieel. Het is de taak van de ouders bij de opvoeding  hun kind zelfzorg voor het gebit bij te brengen. Het vertrouwd maken met de  zelfzorg wordt moeilijker naarmate het kind groter wordt. Daarom moeten zorgverleners in de mondzorgpraktijk en bij de consultatiebureaus voor moeder en kind adequate voorlichting en informatie overbrengen in motiverende gespreksvoering. ”

Als pleitbezorger van Gewoon Gaaf was hij van mening dat de Gewoon Gaaf-benadering niet ophield als er caviteiten ontstonden in de tijdelijke dentitie: ”Er zal een grote verandering moeten komen in de behandeling van cariës in het melkgebit. Boren en het maken van vullingen helpt niet tegen cariës. Deze behandeling is niet noodzakelijk en doet kinderen onnodig pijn. Ze worden bang voor de tandarts en worden onhandelbaar. Deze kinderen worden doorgestuurd voor cariësbehandeling onder narcose. Het aantal kinderen dat deze behandeling ondergaat, loopt jaarlijks op. Deze gang van zaken is onacceptabel en  laat het failliet zien van het huidige systeem van de tandheelkundige zorg voor het melkgebit”.

Als gastredacteur van het themanummer in het NTvT in 2010 over cariësbehandeling bij kinderen stond Wim erop dat een artikel over NRCT daarin werd opgenomen ondanks  protesten hiertegen vanuit de kindertandheelkunde. Daarmee was Wim zijn tijd ver vooruit zoals blijkt uit de plaats die NRCT in de huidige richtlijn inneemt.  Wim schreef zelf twee belangrijke artikelen over causale therapie in het NTvT: Cariës: diagnostiek, monitoren en begeleiden naar goed mondzorggedrag (2011) en Een omslag in cariësbehandeling bij kinderen: ‘Gewoon Gaaf’ (2015). Daarnaast was hij co-auteur van een artikel over NRCT in het NTvG in 2011.

Wim van Palenstein had een bijzondere carrière in de tandheelkunde. Na zijn afstuderen in 1967 aan de faculteit Tandheelkunde van de Rijks Universiteit Utrecht (RUU) en vervulling van de militaire dienst werd hij fulltime onderzoeker bij de vakgroep preventieve tandheelkunde van de RUU. Hij promoveerde in 1975 op een parodontologisch onderwerp. Na een jaar onderzoek aan het Forsyth Dental Centre in Boston, keerde hij in 1979 terug in Utrecht. Door de sluiting van de faculteit tandheelkunde in Utrecht in 1986 kwam hij na een detachering bij tandheelkunde van de Universiteit Groningen in Dar el Salaam in Tanzania terecht als hoogleraar Preventieve en Sociale Tandheelkunde (1986-1994).

In 2002 werd Wim benoemd tot bijzonder hoogleraar aan het WHO Collaborating Centre van de Radboud Universiteit Nijmegen voor de leerstoel gezondheidszorgonderwijs en -onderzoek op het terrein van de tandheelkundige zorgverlening in ontwikkelingslanden namens de stichting Dental Health International Nederland (DHIN). Een van de hoogtepunten van zijn werk in die periode was het zogenoemde ‘Fit for School’ project in zuidoost Aziatische landen zoals de Filipijnen, Indonesië, Laos en Cambodja. Hierin maakt het tandenpoetsten onderdeel uit van een breed hygiënepakket zoals handen wassen en ontwormen op scholen. Door zijn lobby, het betrekken van lokale fluoride tandpasta fabrikanten en het grote succes van het verminderen van schoolverzuim in de betrokken landen heeft dit project veel acceptatie en bewondering ondervonden bij politici en beleidsmakers. Met zijn manier van mentorschap van geduld, vriendelijkheid, vrijgevigheid, duidelijkheid, nauwgezetheid en volharding, bood hij veel postdoctorale studenten uit ontwikkelingslanden kansen om hun loopbaan in onderzoek, de academische wereld en openbare dienstverlening voort te zetten.

Wim was niet bang om paradigma’s aan de kaak te stellen en met zijn ‘dwars(e) denken’ stimuleerde hij mensen om met een andere blik naar tandheelkunde te kijken. Zo toonde hij aan dat: pocketdieptemetingen vaak gebiasd waren door meetfouten, dat een versleten tandenborstel ook goed reinigde en dat borstvoeding ook de oorzaak van cariës kon zijn. Samen met een promovendus in Tanzania concludeerde hij dat: The practice of occasional scaling without repeated OHI, which is commonly employed in developing countries, should be considered as clinically irrelevant and of little use in improving the standard of periodontal health. Over het behandelen van cariës in het melkgebit wees hij voortdurend op andere keuzes dan  dat onnodige boren en vullen.

Veel collega’s kenden Wim. Oudere collega’s herinneren hem als docent microbiologie in Utrecht, hij was bestuurslid van de WTA van de NWVT, bekleedde functies bij de NMT, was adviseur en bestuurslid van DHIN, schreef voor het NT en was redactielid van het NTvT. Hij ontving de Max Reneman Prijs (1982) voor zijn schilderkunst, een lintje als officier in de Orde van Oranje Nassau (2011) en de Theodoor Dentz Medaille (2013) een hoge waardering van de Nederlandse tandheelkunde. In totaal begeleidde Wim 14 promovendi, 1 in Utrecht, 3 in Tanzania, 8 in Nijmegen (promovendi uit Syrië, China, Nepal, Filipijnen, Tanzania en Zuid-Afrika) en 2 aan het ACTA. Zijn promovendi en de mede-auteurs van zijn vele artikelen zullen zich zijn gedrevenheid om  wetenschap dienstbaar te maken aan de praktijk van de mondzorg, zijn creativiteit in onderzoek en zijn prettige manier van samenwerking herinneren.

Het Ivoren Kruis zal Wim herinneren als een gedreven preventicus en zijn bijdrage aan de verdere ontwikkeling van Gewoon Gaaf en andere projecten.

namens het Wetenschappelijk Adviescollege van het Ivoren Kruis en het Bestuur van het Ivoren Kruis,Cor van Loveren en René Gruythuysen

Terug